Foto: Roelie van Beek

WILLEMSTAD – Curaçao speelt maandagavond in het Ergilo Hato stadion tegen Grenada, de eerste van een reeks kwalificatiewedstrijden van de Concacaf Nations League. Het team is fit en gemotiveerd om te winnen.

Dat zeggen middenvelder Leandro Bacuna, doelverdediger Eloy Room en aanvoerder Cuco Martina. “We gaan absoluut voor de winst.” Bondscoach Remko Bicentini streeft naar kwalificatie voor de Gold Cup.

Tekst gaat verder na de video

Door Roelie van Beek

Aston Villa speler Leandro Bacuna schoot Curaçao voor het eerst naar de Gold Cup. Op 11 oktober 2016, tijdens de wedstrijd tegen Puerto Rico maakte hij twee doelpunten: Curaçao won met 4-2 en ging na een overwinning op Jamaica als winnaar van de Caribbean Cup door naar de Concacaf Gold Cup in 2017. Het streven van het nationale team is om opnieuw deel te kunnen nemen aan de Gold Cup die in juni 2019 wordt gehouden.

Gold Cup
De Verenigde Staten is een van zes landen die automatisch deelnemen aan de Gold Cup. De andere vijf zijn Mexico, Costa Rica, Panama, Honduras en Trinidad & Tobago. In totaal strijden zestien teams om de Gold Cup; de resterende tien teams zullen zich via de Nations League moeten classificeren voor het prestigieuze kampioenschap.

Curaçao speelt vier kwalificatiewedstrijden, de eerste aanstaande maandag tegen Grenada, en daarna een in oktober, in november en de laatste in maart volgend jaar.

Foto: Roelie van Beek

Pittig
Het belooft een pittige wedstrijd te worden, zegt bondscoach Remko Bicentini, die vorige maand in Grenada het spel van de tegenstander analyseerde. “Grenada speelt op de lange bal, met veel fysiek krachtsvertoon. Curaçao moet het meer hebben van tactiek en teamspel. We hopen vroeg in de wedstrijd te kunnen scoren. Hoe langer het doelpunt uitblijft, hoe moeilijker het gaat worden voor ons.”

Curaçao moet winnen om hoog te kunnen eindigen in de Concacaf Nations League, zegt de bondscoach. “We zijn blij dat de kick-off een thuiswedstrijd is. De sfeer is hier altijd optimaal, onze supporters in het stadion zijn onze grote steun en 12e man in het veld.”

Doelverdediger Eloy Room, die in Nederland in de eredivisie bij PSV speelt, zegt dat het nationale team een hechte familie vormt. “Dat is onze kracht en dat heeft ons tot nu toe ver gebracht.”

Spelen voor eigen land
Aanvoerder Cuco Martina zegt ‘supertrots’ te zijn dat hij voor zijn eigen land kan spelen. “De beste beslissing ooit. Ik ben 28, woon al 26 jaar in Nederland, maar hier voel ik me thuis.” Leandro Bacuna: “Om voor het nationale team te worden opgeroepen, daar kijk je als speler naar uit. Het is een eer om hier te mogen zijn.”