Bòi Antoin (67), misschien wel de bekendste Bonairiaan, gaat na bijna vijftig jaar in de media met pensioen. Maar dat doet hij niet met een gerust hart: “De macht van bedrijven op de pers is gróót.”

Wie met vragen komt over de Bonairiaanse media, cultuur en geschiedenis, wordt meestal ook meteen naar hem doorverwezen. Dankzij Franklin ‘Bòi’ Antoin is er in de afgelopen tientallen jaren – gelukkig – veel over het eiland gedocumenteerd. Over wat ouderen zich nog herinneren, over de familiebanden, de wijken, de Bonairiaanse cultuur en geschiedenis.

Vijftig jaar media en journalistiek
Na bijna vijftig jaar legt hij zijn nieuws-pen neer bij Extra en Boneriano. Niet meer vroeg móeten opstaan, de hele dag haasten en tot laat opblijven om het nieuws op Bonaire te verslaan. “Het wordt tijd om de stok over te dragen”, zegt Antoin. Van zijn generatie is Antoin samen met Carmo ‘Bubui’ Cecilia de enige mediamakers die er nog zijn.

Hij begon in 1978 met journalistiek op Bonaire bij de krant en de radio. “Maar”, zegt hij, “ik noem mezelf geen journalist. Ik heb geen journalistieke opleiding gevolgd, maar heb mezelf gevormd door zelfstudie en door ervaring in het veld. Ik ben een schrijver van de krant.”

‘Nederlanders vinden vaak dat de Nederlandse manier de beste is’
Het regionale nieuws wordt onderschat, vindt hij. “Als je ziet hoe men in kleine dorpen in Nederland met nieuws omgaan, het is bijna hetzelfde als hier. Het ontbreekt aan tijd en financiële middelen om het werk altijd correct te doen. Ik ben me ervan bewust van het feit dat een regionale dagkrant niet altijd volgens de regels kan spelen. Anders zou je maar één artikel per dag kunnen publiceren.”

Antoin leerde bij Radio Nederland Wereldomroep hoe een radioprogramma op te zetten, vertelt hij. “Ik heb bijvoorbeeld Jeroen Pauw meegemaakt toen hij net bij de radio begon.”

“Elk land of eiland heeft een eigen manier van journalistiek bedrijven. Nederlanders vinden vaak dat de Nederlandse manier van pers de beste is. Ik ben het daar niet mee eens.”

‘Vaak bedreigd en veel vrienden kwijtgeraakt’
Bòi Antoin wordt door velen aangeprezen op het eiland voor zijn werk en kennis. “Maar ik ben veel vrienden hier kwijtgeraakt”, vertelt hij. “Als een vriend iets verkeerds doet, kun je niet doen alsof je een struisvogel bent. Je moet dan óók erover schrijven.”

“Ik werd vaak bedreigd in mijn carrière. Ze hebben bijvoorbeeld een keer midden in de nacht op ons kantoor geschoten. Dat was tijdens een verkiezingscampagne waar wij ontzettend kritisch over waren. Gelukkig heeft niemand mij echt iets aangedaan.”

Hoe zit het met de persvrijheid? “We hebben hier geen onvrije pers, maar je komt wel obstakels tegen. De macht van bedrijven op de Bonairiaanse pers is gróót.”

Bedrijven die media willen intimideren en verleiden
De voorbeelden liggen er voor het oprapen. “Een adverteerder heeft gedreigd om bij ons te stoppen als wij de advertentie van een concurrent in de krant zouden plaatsen. Ik heb een beslissing genomen: of je gaat mee met z’n allen of je gaat eruit.”

Ook de overheid probeert via de geldkraan van de reclame-inkomsten druk uit te oefenen, ziet Antoin. “Ik was eens kritisch tegenover de lokale overheid en ze zijn gestopt om advertentie in de krant te plaatsen. Ik beschouw zoiets als aanslag op de persvrijheid.”

Er doet zich de afgelopen jaren ook een ander fenomeen voor op Bonaire, volgens Antoin. “Je ziet dat sommige bedrijven betalen om in een radio- of televisieprogramma te komen. Ik heb veel moeite hiermee. Want wie betaalt, bepaalt! De presentator kan in zo’n geval nooit kritisch zijn, want anders vallen er inkomsten weg.”

Nog een voorbeeld: “Bedrijven nodigen de pers uit om te komen eten en drinken. En je krijgt soms ook cadeautjes. Zo proberen ze je te weerhouden om negatief over ze te schrijven.”

‘De overheden hadden vroeger angst en respect voor ons’
Als hij terugblikt op zijn carrière, ziet hij dat er op Bonaire nu een rivaliteit is tussen de media. “En dan is er op dit moment ook een discussie over de voor- en nadelen van een publieke omroep. Ik weet niet precies wat het inhoudt, maar één ding houdt mij bezig: de commercie probeert de persvrijheid in te perken.”

Er zou meer aandacht moeten komen voor samenwerking, vindt hij. “Je had vroeger de Persraad op Antilliaans niveau. We waren samen sterk en namen gezamenlijk een standpunt in. De overheden op de eilanden hadden angst en respect voor ons.”

De medialandschap zag er ook anders uit, toen de eilanden bij elkaar waren als Nederlandse Antillen. “Drie Papiamentstalige kranten: Extra, La Prensa en Nobo. De kranten Amigoe en Beurs & Nieuwsberichten, waren in het Nederlands. De edities kwamen allemaal vanuit Curaçao. Verder was er vanuit hier: Bonaire Bulletin en één radiostation.”

“Nu is het aantal media gegroeid; kijk maar naar hoeveel radiostations er hier zijn. Maar die groei heeft ons niet sterker gemaakt, omdat we niet meer verenigd zijn. Willen we dat veranderen, dan moeten we wel eerst loskomen van de rivaliteit. Als we allemaal samen komen zijn we een sterk leger, maar nu zijn we losse pelotons.”

‘Bang om positie kwijt te raken?’
Officieel is Antoin met pensioen. “Ik weiger te geloven dat ik alles zelf moet blijven doen, zoals een krant runnen.” Zijn prioriteit is nu: de kennis, inzichten en wat hij heeft opgebouwd op Bonaire overdragen aan de jongere generaties. Bijvoorbeeld Boneriano, het enige dagblad van Bonaire.

“We moeten gaan samenwerken. Want dat is nou juist een probleem op dit eiland: we geven onze kennis vaak niet door, want we zijn bang om onze positie kwijt te raken aan een ander. Een positie hébben? Ik geloof daar niet in.”

Maar echt afscheid nemen van die pen, blijkt hem niet te lukken. “Maar ik schrijf nu over wat mij boeit. Ik schrijf over de geschiedenis, cultuur en natuur van Bonaire. Het nieuws is geen prioriteit meer.”

Franklin Dominico Antoin, beter bekend als Bòi.