Direct naar artikelinhoud
OpinieKoninkrijksrelaties

Curaçao en Sint Maarten zijn tien jaar autonoom: geen reden voor een feestje

Curaçao en Sint Maarten zijn op 10 oktober tien jaar autonoom. Niets van de verwachtingen van 10-10-10 is uitgekomen, stelt Olaf Wilders. Hij schreef vijf jaar geleden een evaluatie over het eerste lustrum. 

Hoe groot is de groep die op 10 oktober 2020 de tienjarige autonomie van Curaçao en Sint Maarten blijmoedig viert? Ik verwacht dat dit jubileum kleurloos voorbij gaat. Vooral doordat dit ‘project van staatkundige vernieuwing’ niet heeft bijgedragen aan verbetering van de onderlinge verhoudingen. Deze landen kunnen na tien jaar nog niet op eigen benen staan. Bij een evaluatie vijf jaar geleden was mijn advies dat de politici in Nederland meer geduld moeten hebben en de politici in de Caribische landen meer daadkracht moeten tonen. Van beide lijkt geen sprake meer. Waarom eigenlijk?

Aan het verkrijgen van de autonome status ging een lang en traag proces vooraf met veel juridisch getouwtrek. In referenda sprak de bevolking zich uit voor autonomie. De beoogde ingangsdatum voor de zo gewilde autonomie verschoof drie keer. Op 10 oktober 2010 kregen beide landen binnen het Koninkrijk een soortgelijke status als Aruba, dat sinds 1986 een ‘status aparte’ heeft.

De voorbereiding op de autonome status was vooral een inspanning van de politieke elite en ambtenaren. Het vooruitzicht dat de schuldenlast, ruim 1,5 miljard euro, werd gesaneerd was aanlokkelijk. Eén maand voor ‘10-10-10’ bleken de landen nog niet aan alle voorwaarden te voldoen. Politieke concessies volgden met beider instemming. Bij de regerende politici op de eilanden overheerste het sentiment om de autonome status te krijgen. Politiek Nederland wilde gewoon dit dekolonisatieproces succesvol afronden.

Nederland is in veel opzichten de grote broer

De nieuwe landen ondervonden dat met de nieuwe staatkundige verhoudingen er directe onderlinge relaties waren ontstaan, óók met Nederland. Vóór 10-10-10 was het land Nederlandse Antillen nog ‘buffer’ naar het ‘overheersende’ Nederland. Hoewel het Statuut is gebaseerd op gelijkwaardigheid tussen de landen in het Koninkrijk, is daar in de praktijk geen sprake van. Nederland is in veel opzichten de grote broer. Een bevolkingsomvang van 200.000 tegenover 17 miljoen. Een bbp van ongeveer 0,5 procent van dat van Nederland. Het buitenlandbeleid, rechtshandhaving en defensie zijn Koninkrijksaangelegenheid, lees Nederlands beleid. En de regering voor het Koninkrijk zetelt in Den Haag.

Het Rode Kruis laat op Curaçao warme maaltijden bezorgen bij mensen die getroffen zijn door de coronacrisis.Beeld ANP

Curaçao had een ‘valse start’ met een nieuwe regering onder leiding van de na vier jaar weggestuurde en later veroordeelde premier Gerrit Schotte. Op Sint Maarten was het een groot probleem om een kwalitatief en integer bestuurlijk apparaat op te bouwen. Nog steeds bestaat het beeld dat beide landen kwetsbaar zijn. Of het nu de economische malaise, een orkaan of de coronapandemie is, de impact van deze gebeurtenissen is enorm. Er is geen gelegenheid en financiële buffer om deze tegenslagen te boven te komen.

Wat politiek is uitgedacht en opgedrongen, blijkt niet te werken

Bij een goed functionerende democratie, betere sociaal-maatschappelijke omstandigheden en meer vertrouwen van burgers in hun economische en maatschappelijke kracht zou een autonome status van Curaçao en Sint Maarten kunnen werken. Dit is lange tijd de leidende opvatting geweest. Na tien jaar overheerst echter het beeld van moeilijk beheersbare overheidsfinanciën, achterblijvende economische groei en sociale problemen. Een nieuw ongewis avontuur met het staatkundig verband ligt niet voor de hand. Lotsverbondenheid, een goede drijfveer om elkaar te helpen, bleek met de ‘status aparte’ van Aruba al scheurtjes te vertonen en is op 10-10-10 eigenlijk helemaal gebarsten. Wat politiek allemaal is uitgedacht en opgedrongen blijkt niet te werken.

Hoelang pikt de bevolking van de (ei)landen dit nog? Zijn de rellen op Curaçao dit jaar een voorbode voor een herhaling van de grote stakingsopstand uit 1969? De Koninkrijksregering kan één verstandig besluit nemen. Geef ruimte en faciliteer een maatschappelijk debat. Het thema: ‘verbinden of verbreken’. Laat onder initiatief van de universiteiten van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en Nederland vertegenwoordigers uit de bevolking – niet de politici – werken aan een manifest over de toekomst van de (ei)landen. Laat nu de bevolking de stap vooruit bepalen.

Lees ook:

Je moet in Den Haag met een lampje zoeken naar oprechte interesse in de Caribische eilanden

Het is de tragiek van het Koninkrijk der Nederlanden. Zes eilanden rond de Caribische zee en een Europees land die tot elkaar zijn veroordeeld en er maar niet in slagen een oprechte vriendschap op te bouwen. Het koninkrijksverband knelt anno 2020 zelfs meer dan ooit tevoren.

Aruba heeft hervormingen én hulp nodig

Aruba kan niet op eigen kracht herstellen van de coronacrisis, stelt Nico van Grieken, voorzitter van het Genootschap Nederland-Aruba. Een akkoord met Nederland is nu echt noodzakelijk.