ORANJESTAD – De Arubaanse regering laat weten dat ze voor de laatste drie maanden van dit jaar nog geen coronalening krijgt van Nederland. De reden is dat Aruba onvoldoende heeft bezuinigd op haar zorgkosten.

De goedkeuring van de liquiditeitssteun stond deze vrijdag op de agenda van de rijksministerraad in Den Haag, maar is doorgeschoven op verzoek van Aruba naar eind oktober.

Aruba leunt zwaar op de Nederlandse steun vanwege de crisis in het land. Maar om het geld te kunnen lenen, moet het land aan voorwaarden voldoen.

Korten op de zorg
Zo moet Aruba 60 miljoen gulden (ruim 28 miljoen euro) bezuinigen op de zorgkosten. Het lukt het Caribische land om 40 miljoen (bijna 19 miljoen euro) te korten, zegt de regering. Maar volgens het financieel toezichtsorgaan Caft is dat onvoldoende en adviseerde de rijksministerraad om niet de coronalening te verstrekken.

Vanuit de zorg is er meerdere keren geprotesteerd tegen deze bezuiniging. Zorgprofessionals noemen het onverantwoord en zelfs gevaarlijk, vooral omdat de pandemie nog niet voorbij is. Er moet volgens hen juist geld bij. De Arubaanse regering heeft vanaf het begin bezwaar gemaakt tegen deze eis van Nederland, maar zegt met haar rug tegen de muur te staan.

Meer tijd
De Arubaanse premier Evelyn Wever-Croes laat weten dat ze demissionair staatssecretaris Raymond Knops  om extra tijd heeft gevraagd omdat de nieuwe regering net pas zit en nog niet kon handelen. Afgesproken is nu dat bij de volgende rijksministerraad eind volgende maand naar het verzoek van Aruba voor liquiditeitssteun en het voldoen aan de voorwaarden worden gekeken.

De premier zegt dat deze vertraging niet tot problemen leidt, want ‘het gaat langzaam beter met de overheidsinkomsten’. Aruba leeft van toerisme en zag in de maanden mei, juni en juli een sterke opleving. Maar door het deltavirus lopen de inkomsten sinds augustus weer terug en zijn de prognoses minder rooskleurig dan waar de overheid eerder op rekende.