Terug naar de krant

Het hobbelige pad naar de benoeming van Hiddink als bondscoach van Curaçao

Leeslijst achtergrond

Voetbal op Curaçao Remko Bicentini was vier jaar bondscoach van Curaçao. Tot hij plots vervangen werd door Guus Hiddink. Wat ging daaraan vooraf?

Leeslijst

Hij heeft al een keer gedineerd bij de Pontjesbrug in Willemstad. „Erg karakteristiek.” En ja, hij heeft ook al een paar ritjes over het eiland gemaakt. „Maar nog niet intens”, zegt Guus Hiddink, de nieuwe technisch directeur en bondscoach van Curaçao.

Zijn partner heeft het eiland wel verkend. „Ze vertelde dat ze een tijd heeft staan praten met een man met een moestuin. Het verbaasde haar hoe weinig er verbouwd wordt op het eiland. Bijna alles wordt geïmporteerd. Toen ontstond het idee de man te sponsoren met de spelersgroep.”

Met de aanstelling van de 74-jarige Hiddink waait er een nieuwe wind op Curaçao. Na Nederland, Zuid-Korea, Australië, Rusland, Turkije en China (onder 21) is het zijn zevende nationale team. Voor deze klus stelde Hiddink zichzelf meerdere doelen: spelen op het WK van 2022 in Qatar, de FIFA-top-30 bereiken (Curaçao staat nu op plek 81) en onderzoeken „wat hij kan” met voetballers onder 21, 20 en 17. Hij heeft een paar jonge spelers van het eiland uitgenodigd mee te trainen met de selectie. Een lokale trainer gaat hen begeleiden.

Hiddink wil het geheel vanuit Nederland „monitoren”. Want hoewel er „links en rechts mooie huizen leeg staan” op het eiland, voetballen de meeste jongens in Nederland, Engeland, Duitsland en het Midden-Oosten. „Ik zie dit als een serieuze hobby. De betaling is niet zo belangrijk.”

Hiddink gaat zijn best doen een aantal spelers in te lijven die het Nederlands elftal nét niet hebben gehaald, daar maar kort hebben gespeeld of bij Jong Oranje zaten en niet konden doorstromen. Hun toevoeging aan het team vindt hij cruciaal voor een gang naar het WK.

Hiddink noemt geen namen, maar teammanager Bertus Holkema vertelt dat Jürgen Locadia, die PSV begin dit jaar voor Cincinnati verruilde, mondeling heeft toegezegd. „We moeten alleen nog met hem in conclaaf over de plannen.”

Patrick van Aanholt (Crystal Palace) had Hiddink volgens Holkema ook op zijn lijst, maar die kwam vorige week voor Oranje uit tegen Polen en heeft daarmee te veel wedstrijden voor Nederland gespeeld om nog te kunnen switchen naar Curaçao.

Gedwongen vertrek

Zo relaxed als Hiddink vorige week langs het veld stond in Willemstad, zo hobbelig was de weg naar zijn benoeming. Want hoe trots Curaçao ook is op zijn komst, het gedwongen vertrek van zijn voorganger Remko Bicentini wordt op het eiland als pijnlijk ervaren. Er moest zelfs een rechter aan te pas komen om de coachwissel te bespoedigen. Wat ging er mis?

De 52-jarige Bicentini werkte veertien jaar voor de Curaçaose voetbalbond. Hij was assistent van bondscoaches Leen Looyen, Manuel Bilches en Patrick Kluivert. Toen de laatste in 2016 directeur voetbalzaken werd bij Paris Saint-Germain, nam Bicentini zijn plaats in. Met hem won het eiland in 2017 de Caribbean Cup en bereikte het in 2019 de kwartfinale van de Gold Cup, een prestigieus toernooi voor landen in Noord-Amerika, Centraal-Amerika en het Caribisch gebied.

Niettemin stonden Bicentini en de Curaçaose voetbalbond FFK half november voor de rechter. Op 21 augustus las Bicentini op Teletekst dat Hiddink bondscoach van Curaçao werd. Hij was woedend en weigerde in te gaan op een afkoopvoorstel van de bond, die vorig jaar nog zijn contract verlengde tot na het WK van 2022. De bond spande daarop een kort geding aan. Op aandringen van de rechter hebben de partijen inmiddels een financiële regeling getroffen.

Lastige persvragen

Over de oorzaken van het conflict lopen de meningen uiteen. Vraag je het aan bondsvoorzitter Shaheen Elhage, dan hoor je een ander verhaal dan van Bicentini. Hiddink probeert zo goed mogelijk tussen hun versies te laveren, lastige persvragen parerend. Toen een journalist wilde weten of hij met Bicentini had gesproken „over een rol als assistent aan zijn zij”, antwoordde Hiddink ontkennend. Terwijl teammanager Holkema juist had gemeld dat Bicentini tegen Hiddink had gezegd dat hij „te allen tijde de baas wil blijven”.

Hiddink vertelt dat Holkema en Kluivert vier jaar geleden al bij hem informeerden of hij het Curaçaose team wilde gaan leiden. Holkema was toen ook teammanager en Kluivert wilde een waardige opvolger. „Ik vond het een interessant voorstel”, zegt Hiddink, „maar ik zat in die tijd in China, dus het kwam niet goed uit”.

Volgens Holkema werden ook Ruud Gullit en Frank Rijkaard in die tijd benaderd. „Gullit had interesse, maar kreeg net een goede baan op de Engelse tv aangeboden. Rijkaard zei dat hij niks meer in het voetbal wilde doen.” En dus was het Bicentini die als assistent-bondscoach doorschoof.

Bicentini zegt dat hij nooit heeft geweten dat Holkema en Kluivert Hiddink in januari (opnieuw) polsten, waarna een mondelinge overeenkomst met de bond werd bereikt. Toevalligerwijs, zegt hij, had hij net in die periode een verzoek neergelegd bij Eric Gudde, directeur betaald voetbal bij de KNVB. „Ik vroeg hem of ik een keer met een ervaren trainer kon praten. Iemand van het kaliber Van Gaal, Hiddink, Van Marwijk. Een trainer die een WK had meegemaakt, met wie ik kon sparren. Gudde kwam vervolgens met Guus Hiddink. Daar was ik heel blij mee.”

En dus belde Bicentini begin februari nietsvermoedend bij Hiddink thuis aan voor een gesprek. Bicentini vroeg hem of hij iets zag in een adviserende rol. Zoals bij PSV met Phillip Cocu, opperde Hiddink. Hij zou erover nadenken. Bicentini: „Hij liet niets doorschemeren van het gesprek met Kluivert en Holkema, noch van het mondelinge akkoord met de bond. Ik ging met een goed gevoel weg, maar heb nooit meer iets vernomen, tot ik op 21 augustus het nieuws via de media hoorde.”

In het voorjaar liet Hiddink volgens de FFK definitief weten beschikbaar te zijn, mits de zaak goed werd afgehandeld met Bicentini. „Ik heb zelf twee of drie keer meegemaakt hoe vervelend het is als een bond je vanuit het niets voor je diensten bedankt”, legt Hiddink uit. Aan het werk gaan als je voorganger op een afkoopregeling wacht: hij vond het niet netjes. Tegelijkertijd wilde hij niet dat het team langer in limbo zat. De spelers waren voor het laatst bij elkaar in november vorig jaar, voor een Nations League-wedstrijd tegen Costa Rica. De tijd ging dringen.

‘Nul analyse’

Bondsvoorzitter Elhage begrijpt niet waarom Bicentini het bestuur niet heeft verteld over zijn ontmoeting met Hiddink, in februari. Dat had niet alleen van respect getuigd, zegt hij, maar ook van „een helder plan om hogerop te komen” met de selectie. Elhage: „En dat is nu juist waar het bestuur al langer op zat te wachten.”

Elhage was ontevreden over een evaluatie die Bicentini in maart indiende van zijn eigen verrichtingen en die van het nationale team. „Een half A4’tje, ik vond het beschamend”, zegt hij. „Ik las nul analyse. Hij legde niet uit hoe hij het WK wilde bereiken. Wat de zwakke punten van de selectie zijn.”

Daarop besloot het bestuur volgens Elhage in augustus unaniem niet verder te gaan met Bicentini en zijn staf. „Omdat zijn contract nog doorliep hebben we juridisch advies ingewonnen over ontbinding. Helaas werd dat proces doorkruist door het uitgelekte nieuws. Het verdient niet de schoonheidsprijs, dat geef ik toe.”

Begin maart speelt Curaçao het eerste WK-kwalificatieduel, in een poule met Saint Vincent en de Grenadines, Guatemala, Cuba en de Britse Maagdeneilanden. Overleeft het land de eerste groepsfase, dan treft het tegenstanders als Mexico en de Verenigde Staten. „Het wordt een moeilijke opdracht”, geeft Hiddink toe. „Maar ik ga er alles aan doen.”

Een versie van dit artikel verscheen ook in NRC Handelsblad van 23 november 2020.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in