Minister Cijntje: Besprekingen gaan nu over details
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De Curaçaose overheid bespreekt met Damen de mogelijkheden voor financiële steun aan het dokbedrijf. Het gaat om de 20 miljoen euro/dollar die van beide kanten zou worden ingebracht om Damen Shiprepair Curaçao op de been te houden.
Minister Ruisandro Cijntje (PNP) van Economische Ontwikkeling (MEO) kon gisteren geen details geven, behalve dat ‘de gesprekken nog gaande zijn’. Cijntje vertrekt donderdag voor een werkbezoek naar Nederland en dan staat ook een gesprek met Damen op het programma.
Het voorstel van april 2021 ligt nog altijd op tafel. De bedoeling is dat Curaçao - met behulp van Nederlandse financiering - en Damen Group ieder met 20 miljoen euro/dollar over de brug komen. Dat geld is nodig voor investeringen in de werf die eigendom is van het Land Curaçao. Minister Cijntje zei eerder dat ‘beide partijen’ overleg hebben, maar kan geen informatie geven over de status van de besprekingen en op welke termijn naar verwachting een overeenkomst kan worden ondertekend.
De Curaçaose overheidssteun zou worden betaald uit de 20 miljoen die Nederland in 2020 reserveerde voor ondersteuning van het bedrijfsleven van Curaçao in de vorm van een garantie-instrument of steun aan een individueel bedrijf. Nadat partijen de afspraken over steun aan Damen Shiprepair hebben vastgelegd, zal het complete afgesproken bedrag ook uitsluitend voor dit doel moeten worden aangewend.
De toenmalige regering van Curaçao - het kabinet-Rhuggenaath (PAR/MAN) - koos er zelf voor om het beschikbaar gestelde bedrag aan te wenden voor dit bedrijf/project; dat wil zeggen ondersteuning van het dokbedrijf. Met andere woorden: Curaçao had ook voor een ander doel kunnen kiezen. ,,Maar als er eenmaal een akkoord is met Damen, dan moet uiteraard wel het volledig overeengekomen bedrag aangewend worden voor dit doel”, aldus het Coho in oprichting (Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling) in een toelichting.
Zoals deze krant al meerdere keren heeft bericht, kreeg Damen Shiprepair op het eiland de afgelopen jaren te maken met verschillende tegenslagen. Het bedrijf raakte volgens voormalig MEO-minister en huidig MAN-Statenlid Steven Martina in de problemen door minder werk dan voorzien, het wegvallen van de Isla-raffinaderij en de internationale sancties tegen Venezuela. De coronapandemie gaf de nekslag.
Martina was tot half juni vorig jaar bij de ontwikkelingen betrokken als minister van Economische Ontwikkeling (MEO). Na problemen met het kleine drijvende dok, liep het grote drijvende dok in juli 2021 ook schade op. Beide door Damen naar Curaçao gehaalde dokken zijn onbruikbaar, waardoor ook de productiecapaciteit - met slechts de twee ‘vaste’ dokken - aanzienlijk minder is.
De regering-Pisas wil voorkomen dat er (nog meer) banen verloren gaan. Dat blijkt uit een brief van 10 mei van minister Cijntje aan Statenvoorzitter Charetti America-Francisca (MFK), waarin hij vragen beantwoordt van MFK-Statenlid Maria Nita. De concessieovereenkomst die destijds is afgesloten moet op zo’n manier worden aangepast dat ‘er voor Curaçaoënaars meer arbeidsplaatsen worden gecreëerd’.
Maar dan moet er allereerst voor gezorgd worden dat Damen Curaçao levensvatbaar is. Naar verluidt staan bij Damen Shiprepair Curaçao 78 banen op de tocht. Randolph ‘Dois’ Gijsbertha, sectordirecteur bij het ministerie van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn (SOAW), zei half mei desgevraagd dat er nog geen ontslagverzoek was ingediend bij het ministerie. Gijsbertha had uit vakbondskringen begrepen dat er ‘wederzijds overeenstemming’ was met het merendeel van de werknemers. Eind april dit jaar had het bedrijf nog circa 263 medewerkers in dienst.
Commerciële banken op Curaçao, die eerder grote fiducie hadden in de verdere ontwikkeling van de maritieme sector met Damen als concessiehouder en exploitant van de werf als grote trekker daarvan, hebben zich al enige tijd teruggetrokken als financier van Damen Shiprepair.
Ondanks herhaalde verzoeken van deze krant gedurende de afgelopen maand om informatie, aan zowel het lokale management als aan het hoofdkantoor van Damen in Nederland, geeft het bedrijf, dat wellicht 20 miljoen euro/dollar (35 miljoen gulden) aan Curaçaose overheidssteun ontvangt, op geen enkele manier commentaar. Zelfs geen bevestiging van ontvangst van de vragen via e-mail en WhatsApp. Directeur van Damen Shiprepair Curaçao is Johan Alexander ‘Xander’ Smit; hij nam de taken over van zijn voorganger Lodewijk Franken die in oktober 2021 vrij plotseling van het toneel verdween.
Meerdere personen met achtergrondkennis wijzen op de toezichthoudende rol van overheids-nv CDM Holding (Curaçaose Droogdokmaatschappij) met Getmar Caldera als directeur. Hijzelf stelt dat de holding ‘landlord’ (huisbaas) is. Volgens een vertrouwelijk rapport van het ministerie van Economische Ontwikkeling (MEO) over de economische waarde van het dokbedrijf, waar het Antilliaans Dagblad eerder over berichtte, is CDM Holding ‘beheerder en concessiehouder’ van het onder de vennootschap ressorterende terrein waarop Damen is gevestigd.
De huidige totale inkomsten van CDM Holding zijn voor driekwart afkomstig van DSCu. CDM Holding is een concessieovereenkomst aangegaan met Damen Shiprepair Curaçao en DSCu leaset de werf voor 25 jaar. In geval van het mogelijk wegvallen van DSCu zal dit naar verwachting een significant negatief effect hebben op de holding in het algemeen, maar in het bijzonder op de Curaçaose maritieme cluster en de lokale economie.
